De hemel in beeld
Pas na het feest, stuurt
de rabbijn mij naar de hemel,
1 borrel nog, de ogen naar omhoog,
het leven als schavot is afgelopen,
door de wolken, naar
de wachters van het verleden,
een lange bank, met zielen
uit een eerder leven, ze
lijken leeg, met hol achter de ogen,
de goede krachten mogen boven komen,
ze vinden maagden,
van plastic, en
flessen zonder bodem,
niet meer, onder
het water van Patala doorgetrokken, de
bovenwereld in perfectie vertaald,
ik heb vooraf de Tenach helemaal uitgelezen, en
samen met Hercules gepokerd tot het donker,
geleefd van de wind, het water en de golven,
nat van leed, en
neerslachtigheid, van
schepping,
wisseling van ziel,
vreugde, om
mijn plaats als mens beleefd,
de Hades, van bovenaf bekeken,
Isis is reeds als engel verkleed,
wat is de Kabbala een wonder,
mijn vleugels klapperen als wieken,
de weg er naar is smal,
met brede stroken,
er staat een kruiwagen met pech,
oh, dat is Yama,
de God van de doden,
met een tent, die
niet door mensen is gemaakt,
wat is het dat ons te wachten staat ?
Het heersen over zielen,
zonder geld,
gezang,
gejammer zonder klacht,
de bijstand is hier al lang afgezworen,
de voedselbank is hier geen optie,
het felle licht, verblindt mijn tunnel,
het komt mij voor, dat ik, hier
eerder ben geweest.
Vers: Ben F. Wesdijk
Vorige