Een zeehond

Ze tuurt het water over, en

vraagt zich af,

hoe ben ik hier verzeild geraakt,

de wind blaast, in

haar nek,

de golven wijken ver uiteen,

haar gedachten waaien weg,

dan

ziet zij een hoofd, dat

naar haar knipoogt, en

lacht haar zorgen weg,

haar vriend heet Rob,

hij zwemt weer weg.


Vers: Ben F. Wesdijk




Vorige

Boven het golvenkoor

Volgende

Ze had liefde nodig

Facebook twitter Whatsapp